B Plus keurt de afschaffing af van de lessen Nederlands in de gemeentelijke basisscholen in Bertrix, en vraagt dat het Nederlands eindelijk een verplicht vak wordt in Wallonië.

Recent was in de pers te lezen dat de gemeente Bertrix had besloten om de organisatie van lessen Nederlands in de door haar beheerde basisscholen, af te schaffen. Als reden haalt men de beperkte vraag van ouders aan, gezien een overgrote meerderheid verkiest dat hun kinderen Engels leren.

Het belang van het leren van Engels in een wereld waarin deze taal steeds belangrijker wordt, niet alleen in internationale contacten, maar ook in een steeds meer gedigitaliseerd dagelijks leven, staat buiten kijf. De volledige afschaffing van de lessen Nederlands is echter een beslissing die alleen maar kan worden betreurd.

Kennis van de tweede landstaal is een troef voor degenen die er baat bij hebben, vooral op de arbeidsmarkt. In Brussel, het gebied met het grootste aanbod aan werkgelegenheid van het land, is kennis van het Nederlands vereist voor een groot aantal banen, zelfs voor laaggeschoolden. In een regio die populair is bij Nederlandstalige toeristen zoals de Ardennen, is kennis van het Nederlands ook een belangrijk voordeel.

Tweetaligheid getuigt van burgerzin

In een land waar de taalkwesties zo gevoelig liggen als in België, kan een zo breed mogelijke tweetaligheid bovenal de kennis en het begrip van de andere grote gemeenschap in het land bevorderen. Jongeren aanmoedigen om niet alleen de taal van de ander te leren, maar ook om de media te raadplegen en te begrijpen wat er in hun gemeenschap gebeurt, getuigt in België van burgerzin. Het gaat erom de burgers in staat te stellen elkaar, en wat er in de andere grote gemeenschap gebeurt, te begrijpen, zonder te hoeven vertrouwen op stoorzenders binnen de media van de eigen gemeenschap.

Is het in dit verband noodzakelijk eraan te herinneren hoezeer de Franse Gemeenschap er al tientallen jaren niet in slaagt afgestudeerden met een effectieve kennis van het Nederlands op te leiden? De organisatie van het taalbadonderwijs valt zeker toe te juichen. Maar dit weegt niet op tegen het feit dat slechts een kleine minderheid van de studenten, vaak met een tamelijk bevoorrechte achtergrond, dit soort onderwijs volgt. Men kan taalbadonderwijs zien als een oase in een woestijn van "traditionele" scholen, waar de leerlingen alleen het ABC van de Nederlandse grammatica kennen, en niet in staat zijn om een basisgesprek in deze taal te voeren.

In 1996 beloofde Laurette Onkelinx dat alle studenten in 2001 tweetalig zouden zijn. In 2020 blijkt dat, ondanks de vele intentieverklaringen in die zin, geen enkele Franstalige meerderheid de moed heeft gevonden om het leren van het Nederlands in het Waalse Gewest verplicht te stellen. In Wallonië is het nog steeds mogelijk om het secundair onderwijs met succes af te ronden, zonder ooit een uurtje Nederlands te hebben gevolgd. Bij wijze van vooruitgang belooft de huidige regering van de Franse Gemeenschap niet meer dan het organiseren van "een breed publiek debat over de wenselijkheid om een van de andere landstalen (Nederlands of Duits) te kiezen" (Beleidsverklaring Fédération Wallonie-Bruxelles 2019-2024, p. 6). Qua politiek voluntarisme mag het wel ietsje meer zijn.

Het leren van het Nederlands verplicht maken

Terwijl een grote meerderheid van de Franstalige politieke wereld haar gehechtheid aan België verklaart, en niet aarzelt om het separatistische of "confederalistische" discours dat in Vlaanderen wordt gehoord af te keuren, komt er in de Franse Gemeenschap geen meerderheid naar voren om de daad bij het woord te voegen en het eindelijk verplicht te stellen de taal van de meerderheid van de Belgen te leren. Ook al is het altijd de vraag of de school wel de juiste plaats is om een taal te leren, blijft het noodzakelijk om in ieder geval de basisbegrippen op school bij te brengen, die de leerlingen vervolgens buiten de school verder kunnen verfijnen. Welke geloofwaardigheid moet worden toegekend aan Franstalige politici, die met een grote meerderheid hun gehechtheid aan België verklaren, maar die in de praktijk het leren van de taal van de meerderheid van de Belgen als louter facultatief blijven beschouwen?

De partijen die het Pact voor België van B Plus op 17 december 2019 hebben ondertekend, erkennen dat "het absoluut noodzakelijk is de kennis en het leren van andere nationale talen te bevorderen". Dit document is ondertekend door negen partijen die in de Kamer vertegenwoordigd zijn, waaronder de MR, partij van de burgemeester van Bertrix. Dit maakt de beslissing van deze gemeente des te betreurenswaardiger.