Peiling na peiling blijkt dat een meerderheid van de Belgen (Vlamingen, Walen en Brusselaars) meer België verkiezen boven verdere opsplitsing, in het bijzonder voor de gezondheidzorg. Desondanks worden achter de schermen voorbereidingen getroffen voor een verdere regionalisering van de gezondheidszorg en liet minister voor Institutionele Hervorming, Annelies Verlinden weten dat de gezondheidszorg moet geregionaliseerd worden (interview De Standaard en Le Soir, 12 februari 2022).

Als reactie volgt een open brief, mede ondertekend door 24 gezondheidsmedewerkers, waarbij wordt uitgelegd waarom deze verdere opsplitsing de interpersoonlijke solidariteit zal ondergraven en dat uiteindelijk het weinig zinvol is om een systeem in te voeren wat slechts een minderheid van de bevolking wenst.

Terwijl ons land zich voortsleept doorheen de Covid-19 pandemie, onze zorgmedewerkers uitgeput raken en we een zoveelste poging ondernemen om de ziekenhuisfinanciering te hervormen, blijkt een deel van de politiek zich achter de schermen warm te lopen voor een verdere opsplitsing van de gezondheidszorg. Heel opvallend is de vlucht vooruit die minister van Institutionele Hervormingen Annelies Verlinden (CD&V) neemt in haar interviews met Le Soir en De Standaard op 12 februari 2022: gezondheidszorgbeleid moet gesplitst worden, waarbij dooddoeners zoals “beleid dichter bij de burger” en “specifieke noden” worden opgerakeld, alsook “conform het regeerakkoord”.

Wat opmerkelijk is, gezien datzelfde regeerakkoord een burgerbevraging voorziet. Interessant, want de peilingen sinds de coronapandemie spreken boekdelen. Een meerderheid van de Belgen (Vlamingen en Walen, Ipsos juni 2020) wil net herfederalisering van de gezondheidzorg. Gevolgd door 85% van de ziekenhuisdirecteurs in een bevraging najaar 2020. En als kers op de taart blijkt uit De Stemming 2 (VRT, mei 2021) dat een meerderheid van de Vlamingen méér bevoegdheden voor België wil.

Als signaal kan dat tellen. Mogen we ons dan eens oprecht afvragen waarom een deel van de politiek en de media rondom die hete brij blijft heen dansen? De kloof met de burger moest toch verkleind worden, de overheid efficiënter? Hier ligt een kans om te bewijzen dat je als politicus bereid bent om lessen te trekken uit het verleden. Hebben we dan niets geleerd uit de wanboel die de versnippering van het gezondheidsbeleid ons heeft opgeleverd in de coronacrisis?

Er blijken natuurlijk verschillen in het beleid, zoals borst- en colonkankerscreening, alsook medische beeldvorming. Sommigen wijzen daarnaast maar al te graag naar de lagere vaccinatiegraad in het Brussels hoofdstedelijk Gewest, maar vergeten handig te vermelden dat dit vooral te wijten is aan een lagere “health literacy” bij lagere sociale klassen. Een reden waarom de vaccinatiegraad in andere grote steden op een lager percentage afklokt dan daarbuiten.

Dus ja, graag wat meer differentiatie in beleid, dichter bij de burger. Maar laten we wel serieus blijven, en niet doen alsof er een onoverbrugbaar verschil is tussen het gezondheidsbeleid van bijvoorbeeld een Vlaamse en Waalse grote stad.

Overigens scoren Gewesten gelijkaardig in organisatie van het multidisciplinair oncologisch consult, indicatoren voor patiëntgerichte zorg, percentage diabetespatiënten in een gecoördineerd traject… (KCE-jaarrapport 2019).

Misbruiken moeten uiteraard worden aangepakt. Maar responsabilisering dient evenwel te liggen bij mensen en organisaties (onderwijsinstellingen, ziekenhuizen…), en niet bij een Gemeenschap, vergezeld door cynische veralgemeningen, zoals de luie Franstalige die aan het infuus van Vlaams geld hangt.

Dergelijke clichés vormen meteen ook achilleshiel van de zogenaamde compromismodellen, die de Gemeenschappen (dan wel Gewesten) via een vastliggende federale dotatie proberen te responsabiliseren. Dat Vlaams-nationalisten moeite hebben met de federale financiering van de solidariteit, is allang bekend. Denkt men echt dat dat zal verbeteren van zodra het gezondheidsbeleid gesplitst zal zijn, met als gevolg verder verlies van invloed in budgetbeheer? De roep tot effectieve splitsing van dit gedeelte van de sociale zekerheid zal niet lang op zich laten wachten.

En ja, er zijn transfers van Vlamingen naar Franstaligen, maar transfers zijn de essentie van een sociaal zekerheidssysteem, met herverdeling van middelen tussen de meer bedeelde en minderbedeelde personen. Een interpersoonlijk systeem dus, waarbij je nadien wel gemiddelden per regio kan berekenen. Dan blijkt dat de gemiddelde Waal meer ontvangt dan de gemiddelde Vlaming, en ook het Brussels gewest is een nettobetaler. Toch zijn er grote onderlinge verschillen tussen de provincies en blijkt bijvoorbeeld de gemiddelde Waals-Brabander meer bij te dragen dan de gemiddelde Vlaming. Daarnaast zijn de transfers per hoofd groter van West- naar Oost-Duitsers, maar pleidooien voor een hernieuwde Duitse deling horen we toch nooit? Waarom hier dan steeds wel?

Nu goed, feit is wel dat er frustraties zijn en dat het voor politici net iets te makkelijk is om zich te richten op de eigen kiezers, veilig en wel achter de taalgrens. Het meest recent in het oog springend is de discussie rondom de artsenquota, maar het pleidooi om frustraties in een versnipperd systeem te beantwoorden met een verdere splitsing, kan men evengoed omdraaien, door te pleiten voor herfederalisering.

Is dat ernstig? Tandpasta kan toch niet meer in een tube worden geduwd? Naast het feit dat we mogen hopen dat onze bestuurscultuur wat meer creativiteit kent dan dergelijke badkamermetaforen, mag het ook benadrukt worden dat 80% van het budget voor de gezondheidszorg nog steeds op federaal niveau ligt. Alles splitsen getuigt niet van bestuurlijke ernst.

Maar hoe krijg je iedereen dan in bad? Via een federaal niveau dat de middelen in handen krijgt om het algemene belang (bv. gezondheidszorg) werkelijk te kunnen dienen. Dit vereist een federale kieskring (iedere partij kan stemmen krijgen of verliezen van iedere Belg), en normenhiërarchie (federale overheid kan ingrijpen zo een deelstaat het algemeen belang tegenwerkt).

Een stevige ingreep, maar duurzamer dan een gesplitste gezondheidszorg die slechts een minderheid van de bevolking wil, en die ons bij een volgende pandemie nog meer in gespreide slagorde aan de start zal laten komen.

 

Dr. Tom Zwaenepoel (reumatoloog te Aalst, directielid B Plus)

Dr. Wouter Arrazola de Oñate (arts-onderzoeker Public Health, interuniversitair)
Jan-Piet Bauwens (BBTK, Federaal secretaris social profit)
Dr. Jacques Brotchi (neurochirurg, prof. em. ULB, erevoorzitter Senaat)
Dr. Didier Cataldo (pneumoloog, Prof. Universiteit van Luik, lid titularis van de Académie royale de médecine, voorzitter Belgian Respiratory Society)
Dr. Yves Coppieters (prof. ULB)
Dr. Jean-Paul Degaute (prof. em. Inwendige ziekten, ULB)
Christian Deneve (ere-directeur-generaal FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg)
Dr. Harrie Dewitte (gepensioneerd huisarts GVHV, coördinator coronateam regio Genk)
Henri Eisendrath (prof. em. VUB)

Dr. Catherine Fonck (volksvertegenwoordiger & fractieleider in de Kamer voor Les Engagés. Arts-specialist inwendige ziekten en nefrologie. Lid van raad van bestuur ziekenhuizen)
Dr. Walter Foulon (prof. em. VUB)
Dr. Paul Geerinckx (revalidatiearts, gemeenteraadslid voor CD&V te Knokke-Heist)
Dr. Piet Hoebeke (prof. UZ Gent, decaan Faculteit geneeskunde)
Dr. José Huylebrouck (orthopedie en sportgeneeskunde, CHIREC)
Dr. Frederik Kao (huisarts te Kalmthout, in persoonlijke naam)

Dr. Sofie Merckx (huisarts GVHV, kamerlid voor PVDA)
Dr. Reginald Moreels (oud-minister, oud-senator, humanitair arts)
Paul Pataer (oud-Senator voor SP (heden Vooruit), oud-voorzitter Liga voor Mensenrechten)
Janneke Ronse (verpleegkundige, voorzitster Geneeskunde voor het Volk)
Dr. David Simon (huisarts te Colfontaine, lid raad van bestuur BVAS)
Maxime Stroobant (prof. em. VUB, jurist, oud-senator)
Dr. Marleen Temmerman (prof. em. UGent, oud-senator, lid directiecomité UZ Gent)
Marc Van Molle (prof. VUB)
Dr. Marc Van Ranst (viroloog, prof KULeuven)
Christophe Vanroelen (medische sociologie, VUBrussel)
Mieke Vogels (voormalig Vlaams minister Welzijn en Gezondheid, oud-senator)
Dr. Raymond Voisin (huisarts te Marcinelle, in persoonlijke naam)
Dr. Nini Vrijens (prof. dr. em. medische geografie, VUB)