De voorzitter van OpenVLD, de Vlaamse liberale partij, gaf B Plus een exclusief interview.
Wat roept België bij u op?
Ik denk dat Belgen elkaar steeds herkennen in het buitenland. Zowel in noorden als het zuiden hebben we een gemeenschappelijke cultuur en levenshouding, een Bourgondische levenshouding die er zowel in het noorden als in het zuiden in zit. Belgen zijn levensgenieters.
Maar wat ook diep in onze cultuur zit, is dat we de overheid eigenlijk wat wantrouwen. Al is het eigenlijk een gezonde vorm van wantrouwen, die gelinkt is aan het feit dat we leven in een gebied dat doorheen de eeuwen vaak bezet geweest is door de buitenlandse grootmachten. Ook na het ontstaan van België in 1830 is deze vorm van wantrouwen gebleven.
Toch zijn we zeer genuanceerde mensen, ik vind dat we toch weinig radicale meningen hebben in België. Je hebt wel enkele radicale politieke strekkingen, maar diegenen die daarop stemmen, doen het vaak niet van harte.
Belgen zijn ook zeer verzoeningsgezind, wij nemen die rol op vanuit het centrum van Europa. Omdat wij op de breuklijn liggen tussen verschillende culturen en invloedssferen kunnen wij ons vereenzelvigen met verschillende elementen uit verschillende culturen. Zo is de Belgische cultuur een stukje multicultureel in haar identiteit, een land waar eenieder zijn identiteit op een rustige manier kan beleven. Dit is diep ingeburgerd in de Bourgondische cultuur en is naar mijn mening heel typisch Belgisch.
De Belgische cultuur is ook wel een beleving, die zich tegenwoordig vaak bij sport en culturele evenementen uit. Hier vindt de Belgische gemeenschap zich terug.
Jammer genoeg zie je dat de laatste 30 jaar, sinds de commercialisering van de media, dat die linken wel minder geworden zijn. Hoe minder sterk die linken zijn, hoe moeilijker het wordt om elkaar terug te vinden in ons land.
Je ziet dus bij jonge mensen ook dat die niet zo goed begrijpen waarom het land eigenlijk zo ingewikkeld is, en dat die zich afvragen waarom het niet eenvoudiger kan.
Toch zie je op dat vlak de laatste jaren wel een soort renaissance, waarbij steeds meer mensen de anderen toch weer proberen te leren kennen. We voelen dat we anders ook gaan vastlopen. Je ziet dus bij jonge mensen ook dat die niet zo goed begrijpen waarom het land eigenlijk zo ingewikkeld is, en dat die zich afvragen waarom het niet eenvoudiger kan.
Ook COVID heeft bij velen een soort trauma opgeleverd waardoor mensen zich afvragen waarom wij zoveel ministers van Volksgezondheid hebben. De meeste mensen weten dat de meeste beslissingen toen toch voor het hele land genomen werden. Dus je merkt wel dat mensen nu niet meer denken dat alles per definitie meer op regionaal niveau moet gebeuren, maar dat er nu ook een gevoel begint te heersen waarbij mensen beseffen dat we ook meer gaan moeten samenwerken.
Dat is nieuw voor mij. Ik volg de politiek 20 jaar intensief en vaak stond je met die boodschap alleen. Nu, de laatste tijd, ondanks het feit dat in Vlaanderen de separatistische partijen het goed doen, wint de boodschap voor meer samenwerking opnieuw aan kracht.
In Vlaanderen is er een sterke roep om meer regionale autonomie. Zijn Vlaamse en Belgische identiteit tegenpolen van elkaar of denkt u integendeel dat regionale en federale identiteiten hand in hand gaan en dat het evenwicht daartussen de samenhang op federaal niveau kan helpen versterken?
Volgens mij hoeft het ene het andere niet uit te sluiten, daar ben ik echt van overtuigd. Ik ben voorstander van een sterkere federale overheid, maar toch ben ik van mening dat bepaalde bevoegdheden soms beter passen bij de regio's.
De grote verschillen tussen de regio’s die we vaak zien gaan vaak over sociaaleconomische thematieken. Dat heeft te maken met de verschillende realiteiten waarmee de mensen in die regio’s geconfronteerd worden. De meningsverschillen op sociaaleconomisch vlak maken mensen niet per se separatistisch en zijn ook geen reden om op een Vlaams-nationalistische partij te stemmen.
Met OpenVLD pleiten wij voor een federaal niveau dat een soort van scheidsrechtersrol vervult in het overleg tussen de deelgebieden.
Ik heb er bijvoorbeeld geen probleem mee om meer autonomie te geven op vlak van arbeidsmarktbeleid en fiscaliteit. Maar wat we echt missen in ons land, is coördinatie. Als we niet zorgen voor meer coördinatie, riskeert het land vast te lopen. Bij een volgende staatshervorming is dat eigenlijk het belangrijkste. Met OpenVLD pleiten wij voor een federaal niveau dat een soort van scheidsrechtersrol vervult in het overleg tussen de deelgebieden. Dat zou dan gaan over zaken zoals internationale afspraken cruciale overheidsinfrastructuur die we moeten bouwen en onderhouden. Hiermee vermijden we dat de verschillende entiteiten onderling in concurrentie staan of dat ze er niet uitraken bij een meningsverschil. De federale overheid moet dan een kader kunnen opleggen.
Als we dat niet doen, dan gaan we op termijn geen beslissingen meer kunnen nemen. Dat zou nefast zijn voor ons land en onze democratie. Wat dan zou kunnen gebeuren, is dat mensen niet meer zouden geloven in de parlementaire democratie en dat ze op extremistische partijen gaan stemmen. Dat kan het einde van het land betekenen.
Verder zou dit ook voor jarenlange instabiliteit zorgen, met heel veel welvaartsverlies voor iedereen. Daarom is het voor mij echt wel fundamenteel dat het federale niveau een stuk slagkrachtiger zou worden. Een meer slagkrachtige overheid gaat trouwens ook gepaard met een correcte financiering van het federaal niveau, zodat we cruciale kerntaken zoals veiligheid, justitie, politie en de sociale zekerheid goed kunnen blijven uitvoeren. Vandaag de dag heeft onze overheid heel weinig marge om die kerntaken goed uit te voeren.
Het versterken van de federale overheid moet dus samengaan, of kan samengaan, met meer regionale autonomie. Voor mij hoeft het een het ander niet uit te sluiten.
Onder het voorzitterschap van Gwendolyn Rutten ondertekende de Open Vld het Pact voor België van B Plus. Mogen we, onder uw voorzitterschap, nog steeds zeggen dat de Open Vld zich achter het Pact voor België schaart?
Ik zou het eerst nog eens moeten herlezen, maar daarover is onze partijlijn toch wel vrij duidelijk. Onze partij leidt momenteel toch ook het land en levert de premier.
Wat zeker heel duidelijk is, is dat de verschillende politieke partijen in 2024 toch wel een bepaalde keuze zullen moeten maken: ons land opgeven of antwoorden bieden om ons land in stand te houden. De Vivaldi-regering, en zeker wijzelf, proberen hier een antwoord te bieden om het in stand te houden, dat hoop ik toch. Binnen de federale regering zitten we weliswaar niet allemaal op éénzelfde lijn over wát dat antwoord dan precies moet zijn.
Voor wat OpenVLD betreft, zijn onze contacten met de MR veel geïntensifieerd. We merken dat, als je zaken uiteen blijft trekken, ze dan uiteindelijk wel helemaal onbeheersbaar dreigen te worden. Daarom willen wij onze liberale banden terug aanhalen, en dus ook aan de andere kant van de taalgrens aanwezig zijn. Ik ga zelf ook regelmatig naar de RTBF en RTL en Georges-Louis Bouchez (MR) komt regelmatig naar Vlaanderen.
Dit in tegenstelling tot sommige anderen, die er in het vooruitzicht van 2024 alles aan willen doen om te bewijzen dat het land niet meer kan werken. Wij daarentegen beseffen dat wanneer men elkaar niet kent, het land onbestuurbaar wordt. Dat is exact wat de separatisten willen om hun agenda te bewijzen, wij proberen hier een antwoord op te bieden.
Ons punt is dat het niet mogelijk is om ons land zomaar te splitsen. We kunnen geen maatregelen nemen voor de ene kant van het land zonder dat we rekening houden met de andere kant. In Brussel zijn er dagelijks honderdduizenden ontmoetingen tussen Franstaligen en Vlamingen, we moeten rekening houden met beide kanten, anders wordt het helemaal onwerkbaar. Dus zal je altijd een federaal kader en overleg nodig hebben om zaken af te spreken.
Onze inzet is om op federaal niveau opnieuw tot betere afspraken te kunnen komen. Wij willen opnieuw een werkbaar kader om de federatie terug te laten functioneren. Momenteel is het toch wel heel moeilijk, dat moeten we ook durven erkennen.
Het is cruciaal dat de federale overheid bepaalde beslissingen kan doordrukken ten overstaan van de deelgebieden.
Vandaag de dag hebben we geen hiërarchie der normen, waardoor het federale niveau niet zijn wil kan doorduwen. We hebben een gebrek aan coördinatie. Het is cruciaal dat de federale overheid bepaalde beslissingen kan doordrukken ten overstaan van de deelgebieden. Als we dat niet mogelijk maken, dan vrees ik dat we nog heel dikwijls in patstellingen zullen belanden die alleen separatisten ten goede komen. Hierdoor zullen ze zeggen dat we het land nu maar beter opdoeken, dat is dan een soort selffulfilling prophecy.
We leven meer dan ooit in een periode waarin ons samenwerkingsvermogen op alle niveaus een cruciale rol spelt om de groeiende inflatie, de energiecrisis en de klimaatcrisis tegen te werken. Toch riskeren we, in België, opnieuw tot een stilstand te komen door belangenconflicten tussen de verschillende overheden. U vertelde net dat u wenst dat de federale overheid een scheidsrechtersrol inneemt voor bepaalde bevoegdheden, dat de federale overheid knopen kan doorhakken wanneer de deelstaten er niet uit geraken. Zou u ook bepaalde bevoegdheden willen herfederaliseren, om een nog slagkrachtigere overheid te hebben?
Er zijn kleinere zaken die kunnen geherfederaliseerd worden. We moeten vooral bepaalde absurde situaties wegwerken, ik denk bijvoorbeeld aan de vliegwet, want het kan niet dat die normen zodanig verschillen tussen de verschillende regio’s. Maar, de grote pakketten terug naar het federale België brengen, daar geloof ik niet echt in.
Waar ik wel in geloof, is dat de bevoegdheden die men heeft, beter gecoördineerd moeten worden. Als we naar een klimaattop in Glasgow gaan en er onderling niet in slagen om een akkoord te bereiken en de nodige inspanningen te verdelen is dat omdat iedereen alleen naar zijn eigen belang kijkt. Ik vind dat de federale overheid dan moet kunnen beslissen welke standpunten wij als land gaan innemen. Hetzelfde geldt voor de energie-infrastructuur, die is deels federaal en deels regionaal. Dat zorgt voor een competitieve sfeer tussen de deelstaten ten opzichte van de federale overheid. Dat is rampzalig en dat heeft nefaste gevolgen voor iedereen.
Dus, naar mijn mening kunnen we beperkt herfederaliseren, vooral voor kleinere elementen die ervoor zorgen dat we een betere evenwicht hebben in ons land. Maar, we moeten er vooral voor zorgen dat de federale overheid een sterkere coördinerende rol kan innemen.
Ik geloof niet in het discours van de separatisten. Menen dat alles beter zou gaan nadat we splitsen is onjuist.
Denkt u dat het herfederaliseren van verschillende, kleinere bevoegdheden, op de nodige steun zou kunnen rekenen bij andere partijen?
Vanuit het liberaal standpunt sta ik achter maximale efficiëntie, ik wil dat de belastingbetaler zoveel mogelijk terugkrijgt. Het is ook daarom dat ik het discours van de separatisten ook niet geloof. Menen dat alles beter zou gaan nadat we splitsen, is onjuist.
Splitsen zou leiden tot jarenlange instabiliteit en grootschalige welvaartsverlies.
Splitsen zou leiden tot jarenlange instabiliteit en grootschalige welvaartsverlies. Bovendien zijn we cultureel aan elkaar verbonden en dat creëert een groot deel van onze welvaart, in Brussel creëren de Franstaligen en Vlamingen die er samenkomen 20% van onze welvaart. Dat is onmisbaar. Dus, wetende dat België gaat blijven bestaan, moeten we ervoor zorgen dat we een zo efficiënt mogelijk land creëren.
Het klopt wel dat regionalisering hier en daar voordelen biedt. Tegenwoordig doen we niet meer aan de wafelijzerpolitiek en dat is zeker goed. Maar, regionalisering brengt ook negatieve aspecten teweeg zoals een gebrek aan samenwerking en samenhang. Wanneer men de federale overheid een sterke coördinerende rol toebedeelt, vermijdt men de negatieve gevolgen van de regionalisering.
Zo kunnen we ook inspiratie putten uit andere modellen. In het Duits federalisme heb je een Bundesrat, die de deelentiteiten samenbrengt om samen beslissingen te nemen. Die Bundesrat zorgt ervoor dat er een bepaalde coördinatie bestaat tussen de verschillende entiteiten, anders kan men niet samenwerken.
Het huidig gebrek aan samenwerking speelt in het voordeel van de separatisten, zij willen net dat de federale overheid niet werkt. Ze willen iedereen tegen elkaar opzetten om dan te kunnen zeggen dat men eigenlijk beter zou splitsen omdat het op federaal niveau toch niet werkt. Daar willen wij ons binnen de Open Vld radicaal tegen verzetten.
Denk u dat de Open Vld op de steun van andere partijen kan rekenen om de federale overheid die sterkere coördinerende rol te laten innemen?
Dat is volgens mij haalbaarder dan de grote pakketten terug naar het federale niveau te brengen. Want iedereen voelt wel aan dat we sommige beslissingen niet meer kunnen nemen door het gebrek aan samenwerking.
Het eigenaardige is dat we tijdens COVID juist wel meer samenwerking hadden. We hadden het Overlegcomité dat de federale overheid een juridisch kader gaf om haar wil door te duwen, ook op gemeenschapsbevoegdheden. Dat gebeurde op basis voor een cruciale nood aan samenwerking op vlak van openbare volksgezondheid en algemene veiligheid. Dat was enkel op dat moment mogelijk. De federale overheid kan dat niet op alle momenten doen.
En men merkte wel dat het logisch was om de federale overheid te laten beslissen. Zelfs een separatistische partij zoals de N-VA heeft dat destijds aanvaard. Dat was een precedent. Ons voorstel is om dat te veralgemenen.
Ik denk dat we daarvoor binnen Vivaldi wel een consensus zouden kunnen vinden.
U zei het zelf al, wanneer er een gevoel van gebrek aan democratische legitimiteit heerst, stemmen mensen sneller op extremen. We zagen dat nog in 2019. Maar een veel ouder fenomeen is dat er vanuit bepaalde hoeken kritiek geuit wordt op federale ministers die, volgens hen, de (Vlaamse) kiezer niet vertegenwoordigen. Denkt u dat de invoering van een federale kieskring zou kunnen bijdragen tot het creëren van meer democratische legitimiteit?
We hebben binnen de Open Vld lang nagedacht over de mogelijke meerwaarde van een federale kieskring. Recent hebben we besloten om dit idee mee op te nemen in ons partijprogramma.
Wij geloven dat de toekomst van ons land zal bestaan uit een federale staatstructuur, met een versterkte federale overheid.
Wij geloven dat de toekomst van ons land zal bestaan in een federale staatstructuur, met een versterkte federale overheid. Dus moeten we ook een echte federale democratische ruimte tot stand brengen.
Vandaag is ons kiessysteem in wezen confederaal. Het werkt niet wegens een gebrek aan publieke dialoog tussen de verschillende landsdelen. We moeten ervoor zorgen dat we een draagvlak creëren voor kandidaten op die zich op federaal niveau kandidaat stellen.
Vandaag is ons kiessysteem in wezen confederaal. Het werkt niet wegens een gebrek aan publieke dialoog tussen de verschillende landsdelen.
Zo zou je bijvoorbeeld een federale kieskring kunnen invoeren voor 20 van de 150 zetels in de kamer van volksvertegenwoordigers. Verder stellen wij voor dat de toekomstige premier óók in deze kieskring verkozen moet worden. Bovendien zouden politieke families samen een lijst kunnen indienen, al zou dat niet verplicht zijn.
Wij wensen dat de populairste kandidaat die in de federale kieskring verkozen werd, één maand de tijd zou krijgen om een regering te vormen, eender wie deze persoon mag zijn. Indien deze persoon hier na één maand tijd niet in lukt, dan heeft de op één na meest populaire kandidaat één maand de tijd om een regering te vormen. Deze procedure zouden we dan maximaal 6 maal herhalen. Dat geeft ons dus 6 maanden de tijd om een regering te vormen. Als dat niet lukt, zouden we na deze periode naar nieuwe verkiezingen gaan.
Zo zet je de politici onder druk om tijdig een regering te vormen, zonder Calimero-gedrag. Zo geef je de 6 meest populaire kandidaten telkens één kans om de federale regering te vormen. De persoon die de regering kan vormen, zou dan premier worden.
Bovendien zou dit model de politici aanzetten om zich over het hele land aan de kiezer te presenteren en er verantwoording aan af te leggen. Zo zouden zij ook meer aangezet worden om een beleid te voeren voor alle Belgen.
Tegenwoordig heeft men de indruk dat Vlaamse politici denken verkozen te zijn om niet alleen beleid te voeren voor de Vlamingen, maar ook tégen de Franstaligen. Terwijl ze achteraf toch met de Franstaligen moeten gaan onderhandelen. Dat zorgt voor politieke blokkering doordat de verschillende politici niet meer met hun collega’s aan de andere kant van de taalgrens willen communiceren.
Sommigen menen dat kleinere partijen minder kans zouden maken binnen een systeem met een federale kieskring, door een gebrek aan middelen. Wat denk u van deze stelling?
Volgens mij zou dit niet echt een probleem zijn. De laatste verkiezingen hebben aangetoond dat kleinere partijen, zoals de PVDA, enorm kunnen groeien. In de vorige legislatuur was dat een partij met een beperkt aantal middelen en een beperkt aantal zetels binnen de Kamer, nu is dat niet meer het geval. Dat is ook het geval met Vlaams Belang trouwens, en vroeger was dat ook het geval voor de N-VA.
Ik denk dat voor iedere partij de uitdaging erin bestaat om een verhaallijn naar voren te schuiven die aansluit bij de mening van het merendeel van de bevolking in een tijdsgebonden context. Ook zijn er andere elementen zoals de media die ook een belangrijke rol spelen. Onze media blijven uiteindelijk toch vrij toegankelijk, óók voor meningen die minder bekend zijn.
Volgens mij bestaat de uitdaging eerder uit het naar voren schuiven van een goede kandidaat met een goede boodschap voor het hele land.
Denkt u dat andere partijen óók voorstander zijn van de invoering van een federale kieskring?
Ik denk wel dat men binnen Vlaanderen op een bepaalde steun kan rekenen voor dit voorstel. Wat je wel merkt, is dat men het vaak niet echt eens is met hoe dit zou moeten uitgevoerd worden. Sommigen vragen zich af of we een systeem moet invoeren gebaseerd op het systeem van ‘één vrouw/man, één stem’. Anderen menen dat we bepaalde garanties moeten invoeren, zoals een vaste vertegenwoordiging per taalgroep. Het is dus belangrijk dat men de nodige discussies voert om te bepalen hoe een federale kieskring juist in elkaar zou zitten.
We komen in 2024 tot een bepaalde clash tussen de partijen die België op een geloofwaardige manier willen laten werken en de partijen de het juist niet meer willen laten werken. Alle partijen zullen dus kleur moeten bekennen.
Zoals ik al vertelde, denk ik dat wij in 2024 tot een bepaalde clash gaan komen tussen de partijen die België op een geloofwaardige manier willen laten werken en de partijen de het juist niet meer willen laten werken. Alle partijen zullen dus kleur moeten bekennen. Ze moeten bekennen aan welke kant ze gaan staan. Dit wordt zeker een essentieel debat in de verkiezingscampagne van 2024.
Denkt u dat men riskeert om in 2024 tot een situatie te komen waarbij bepaalde partijen de macht nemen en België verder uitkleden?
Ik denk wel dat dat risico bestaat en dan voornamelijk in het Vlaams Parlement. Indien de N-VA en het VB, de separatistische partijen, samen een meerderheid behalen, kan dit leiden tot een soort van Catalaans scenario met heel veel instabiliteit, onzekerheid en chaos tot gevolg.
Opnieuw moeten partijen, en voornamelijk de N-VA in dit specifiek geval, kleur bekennen en laten weten wat ze in zo’n scenario zouden doen. Ik denk dat het bijna onmogelijk zou zijn voor de N-VA om in zo’n situatie niet in te gaan op een voorstel van Vlaams Belang. Alhoewel Bart De Wever zegt dat hij dat niet wil, denk ik dat ze daar bijna toe gedwongen zouden worden en dus moeten we ook gaan kijken welke reactie de andere partijen hierop zouden bieden.
Wij vrezen ervoor dat dit een mogelijk scenario is in 2024. Dat zou leiden tot jarenlange instabiliteit, impasse en non-beleid en dat in een periode waarin we dat net kunnen missen als kiespijn.
En, is het voor u, als voorzitter van de OpenVld, duidelijk wat de standpunten van de diverse partijen zijn in verband met de toekomst van België en de mogelijke scenario’s naar 2024 toe?
Neen, niet altijd.
Het is duidelijk dat de liberale familie, de MR en Open Vld, gekozen hebben om het land te doen werken en dat we bereid zijn om hier de nodige voorstellen voor op tafel te leggen.
Ik denk dat de groene partijen, ECOLO en Groen, dat ook gedaan hebben.
Maar, bij de socialistische partijen is men daar een stuk minder duidelijk in. Enerzijds zag je dat er tijdens de onderhandelingen van 2020 bijna een akkoord was tussen de PS en N-VA. Een akkoord waarbij Wallonië een zak geld zou krijgen in ruil voor confederalisme. Anderzijds heb je Conner Rousseau die toch een goeie verstandhouding heeft met Bart De Wever. Dus de rol van de socialisten blijft wat onduidelijk.
Dan heb je de CD&V die veel twijfel biedt. Enerzijds heb je daar bepaalde mensen die Vlaams-nationalisten zijn, maar je hebt er ook die veel belang hechten aan het federale België. Dus zijn er nog steeds bepaalde partijen waarvan, ook voor mij, de standpunten totaal onduidelijk zijn. Dit gaat niet kunnen blijven duren in de aanloop naar de verkiezingen van 2024.
Denk u dat u binnen uw eigen partij op de steun van iedereen kan rekenen?
Er zijn zeker enkele mensen die een regionalistische reflex hebben, maar geen separatistische reflex. Degenen die dat wél hebben, zitten ondertussen in een andere partij.
Diegenen die een regionalistische reflex hebben, doen dat eerder vanuit een liberaal perspectief, om het land goed en efficiënt te laten werken. Die mensen steunen ook het voorstel om de federale overheid een sterkere scheidsrechtersrol te laten innemen om het land beter te laten functioneren, in zoverre men ook respect heeft voor de autonomie van de deelentiteiten.
Al deze resoluties werden recent goedgekeurd tijdens ons eerste congres ‘liberaal vuur’, dus dat toont aan dat deze ideeën bij ons gedragen zijn.
In uw visie voor een België 2.0 zou de Senaat ook afgeschaft worden. Waarom zou u dit willen doorvoeren ? Zou het ook een idee zijn om de Senaat te gaan herwaarderen, om de verdere uitholling van het federale systeem tegen te gaan?
De Senaat, zoals die nu bestaat, is nutteloos. Dat kost 40 miljoen EUR aan de belastingbetaler, dat heeft geen zin. Dat is een dubbele administratie met heel weinig meerwaarde. Dus voor ons het heeft het geen zin op deze manier.
Waar wij wel voor open staan als partij, is om dat prachtig gebouw een andere invulling te geven. Hierbij zou je dan een totaal ander forum creëren. Als wij ervoor pleiten om het Overlegcomité een scheidsrechtersrol te laten innemen en om het federale te laten beslissen, dan zou dit aanleiding kunnen geven tot een nieuw forum, bijvoorbeeld een ontmoetingsplaats voor deelstaatparlementsleden en federale parlementsleden. Dit forum zou dan een parlementaire democratische controle kunnen uitvoeren om te bepalen wat er op zo’n Overlegcomité beslist zou kunnen worden. Dat zou voor ons wel kunnen.
Maar, toch blijven wij van mening dat dit hiervoor geen 200 ambtenaren nodig zijn. We hebben geen extra parlementaire fracties nodig. We hebben al genoeg parlementen met de daarbij horende kosten en personeelsleden. Dus deze extra, onnodige kost, moet geschrapt worden.
Als wij het hebben over het afschaffen van de Senaat, dan hebben wij het dus over de Senaat in zijn huidige vorm. Wij willen voornamelijk die kosten weghalen want die hebben geen zin. Wij willen dat al die competente mensen die daar werken een nuttige invulling krijgen binnen een andere overheidsinstelling, waar ze wél heel essentieel werk zouden kunnen leveren.
We hebben het gehad over ons land, België, de valkuilen van het huidig federaal systeem en uw voorstellen voor België 2.0. Maar, in tijden van hoge inflatie en een toenemende crisis moeten we ons ook durven afvragen: hoe prioritair is het om deze hervormingen door te voeren?
Het is en blijft prioritair. We moeten de praktische en dagdagelijkse problemen van de mensen kunnen oplossen. Maar om dat mogelijk te maken moeten we een performante politieke structuur hebben.
Ik denk dat de mensen het gevoel hebben dat de politiek vandaag niet meer functioneert, en als we dat niet rechttrekken, dan gaat in ons land gebeuren wat er in andere democratieën gebeurd is. Dan gaan populistische, autocratische politici aan de macht komen en dan gaan we nog veel meer verliezen. Het is dus prioritair voor elke democraat dat we een andere politieke structuur invoeren die wél functioneert. Want dan kunnen we al die praktische problemen van de mensen efficiënter aanpakken. Alles is met elkaar verbonden.
Dus zijn die hervormingen absoluut prioritair. Ik besef wel dat er andere thema’s besproken gaan worden in de verkiezingsstrijd, die gaan ook van belang zijn. Maar men moet kunnen bekennen dat onze huidige politieke architectuur niet ten goede komt aan mensen met politieke ambities, die vol goede bedoelingen aan een politieke carrière starten. Mensen met politieke ambities geraken gefrustreerd omdat er onvoldoende vooruitgang geboekt kan worden. Dat is dramatisch in een democratisch systeem.
Maar aangezien de Grondwet niet in deze legislatuur herzien kan worden, willen wij als eerste stap met de andere partijen discussies voeren over deze modernisering. Wij willen hierover een akkoord vinden. Daarom is Stephanie D’Hose, in het kader van onze wensen voor wat betreft de Senaat, momenteel gesprekken aan voeren, zowel binnen als buiten Vivaldi. Wij hopen dat we tegen het einde van deze legislatuur ergens geraken, zodanig dat wij de relevante Grondwetsartikelen vatbaar voor herziening kunnen verklaren.
U bent zelf afkomstig uit de regio Gent. Maar, indien u één Waalse stad zou moeten uitkiezen om uw kind te laten opgroeien, welke stad zou dat zijn?
Ik denk dat ik zou moeten gaan voor Luik. Dat is voor mij de stad die voor mij het meest op Gent lijkt in Wallonië. Ik ben ook supporter van Standard Luik (Standard de Liège), dus ik kom daar af en toe. Het is ook een oude industriële stad, en een studentenstad met een bloeiend handelscentrum. Ook de fierheid en eigenheid op hun identiteit is best vergelijkbaar met die van Gent.