Het was een behoorlijk rumoerige Vlaamse feestdag. Premier De Croo veroorzaakte ongewild heel wat heisa omdat hij de lippen stijf op elkaar hield toen de Vlaamse Leeuw gezongen werd in het Brusselse stadhuis. Maar dat heeft niets met een gebrek aan respect te maken en maakt hem niet minder “Vlaming”. De Vlaams-nationalisten die zich hierdoor gegriefd weten, kijken best ook eerst eens in eigen boezem. Het imago van Vlaanderen moet dringend opgepoetst worden.

We hebben een rumoerige Vlaamse feestdag achter de rug. Ik doel dan niet zozeer op de traditionele speeches van menig Vlaams-nationalistisch politicus die van de gelegenheid gebruik maakte om de eisen voor meer Vlaamse autonomie kracht bij te zetten. Wel op de heisa die ontstond omdat premier Alexander De Croo op de jaarlijkse plechtigheid in het Brusselse stadhuis op 11 juli zelf de Vlaamse Leeuw niet meezong. Een hele schare Vlaams-nationalisten voelde zich hierdoor blijkbaar gekrenkt en liet dat luidkeels horen. Het moet gezegd dat ook een aantal media hun duit in het zakje deden. In elk geval, het kaakslagflamingantisme leek terug van wellicht nooit echt weggeweest. Van de gelegenheid werd handig gebruik gemaakt om de premier te framen als een “slechte Vlaming”. Zijn houding getuigde volgens sommigen van een gebrek aan respect. Het ene heeft nochtans niets met het andere te maken.

Niet minder Vlaming

Het feit dat de premier de Vlaamse Leeuw niet meezingt, maakt hem zelf daarom alvast niet minder “Vlaming”. Tenzij we zouden aannemen dat men alleen maar Vlaming kan zijn op voorwaarde dat men bij het horen van het Vlaamse volkslied onmiddellijk mee aan het zingen gaat met alle symboliek die daarbij hoort. Ik zeg u, in die betekenis zijn er dan behalve een handvol verstokte Flaminganten die elk jaar het Vlaams Nationaal Zangfeest aandoen, heus niet veel echte “Vlamingen”. Net zoals er dan ook niet zoveel “Belgen” zouden zijn, want ook slechts een kleine minderheid kan vlot meezingen met de tonen van het Belgisch volkslied.

Of de échte reden waarom de premier de lippen op elkaar hield, is dat hij een slechte zanger is, zoals hij zelf verklaarde, kunnen we natuurlijk moeilijk beoordelen. In zijn plaats zou ik me wellicht om een andere reden stil gehouden hebben. Namelijk omdat ik niet de indruk zou willen geven dat ik als federaal premier achter alle institutionele eisen stond die Liesbeth Homans (N-VA) als voorzitter van het Vlaams parlement in haar speech verwerkt had. Dat heeft daarom nog altijd niets met een gebrek aan respect voor Vlaanderen te maken.

Respect voor elkaars symbolen

Hoe dan ook, wie anderen verwijt te weinig respect te hebben voor Vlaamse symbolen, moet misschien toch eerst eens in eigen boezem kijken. Want was het niet ook diezelfde Liesbeth Homans die bij haar aantreden 3 jaar geleden de Belgische vlag nog een “vod” noemde?

En de voorzitter van Jong-N-VA, Jeroen Bergers, ex-Schild & Vrienden, veegde in zijn campagnefilmpje van enkele maanden geleden nog de tafel af met de Belgische vlag. Hij gebruikte ze ook nog eens als voetveeg. Hij wilde bovendien niet gezegd hebben dat hij deze weinig sympathieke gebaren niet nog eens zou herhalen. Wie respect vraagt voor de eigen symbolen, moet misschien eerst ook zelf het nodige respect opbrengen voor de symbolen van een ander. Helaas blijkt dat voor sommigen wat veel gevraagd.

Collaboratieverleden blijft smet op imago van Vlaanderen

De Vlaams-nationalisten die zich door heel dit gebeuren gegriefd weten, moeten zich misschien ook eens afvragen waarom sommige nochtans échte Vlamingen Vlaanderen en alles wat Vlaams is, uitdrukkelijk de rug toe keren. Waarom sommigen het niet meer over de lippen krijgen dat ze “Vlaming” zijn. Veelal heeft dat, nog altijd, te maken met excessen over het collaboratieverleden. Heel wat Vlaams-nationalisten kunnen daar tot op vandaag nog altijd maar moeilijk afstand van nemen. En dan heb ik het niet alleen over de basis. Want er zijn best ook wat foto’s gepasseerd op sociale media van belgicisten die de Vlaamse feestdag aangrepen om allerlei weinig fraaie zaken te doen met Vlaamse vlaggen. Neen, in dit geval heb ik het over mandatarissen en publieke overheden.

Zo helpt het niet als een speciale feestuitgave van Newsweek naar aanleiding van 50 jaar Vlaams Parlement begin vorig jaar nog twee notoire collaborateurs zoals August Borms en Staf De Clercq schijnbaar achteloos opnam in de eregalerij van personen die hadden bijgedragen tot de Vlaamse emancipatie. Bovendien kostte het dan nog heel wat moeite om voorzitter Homans uiteindelijk te laten inzien dat dit kwalijk was en dat een rechtzetting noodzakelijk was. In eerste instantie werd het artikel van journalist Marc Reynebeau die de kat de bel aanbond nog tendentieus en historisch onjuist genoemd…

En recenter nog ontstond heisa omdat op een officiële webpagina van de Stad Antwerpen kritiekloos verwezen wordt naar August Borms, alweer hij, en het als museum ingerichte “Bormshuis”. Men weigert tot op vandaag om iets over de mans goed gevulde collaboratieverleden te vermelden, omdat men het “neutraal” wil houden.

Anderzijds wilde Merskems disctrictsburgemeester Luc Bungeneers (N-VA) een debat over de persoon van Borms naar aanleiding van vandalisme bij diens graf liever vermijden, omdat veel Vlaams Belangers op hem gestemd hebben en hij de confrontatie daarom liever uit de weg gaat.

Kijk, dit zijn zaken die men niet uitgelegd krijgt en die heel Vlaanderen en zijn imago besmeuren. Wil men respect voor de Vlaamse symbolen? Terecht, maar veeg dan ook eerst voor eigen deur. Als Vlaanderen zieltjes wil winnen, ook van gematigde Vlamingen, dan is dat een bittere noodzaak.